Optometrie

Functionele optometrie

Het zien is een proces dat zich vanaf de geboorte ontwikkelt. Zien wordt dus aangeleerd en is niet aangeboren. Het zien ontwikkelt zich volgens bepaalde verwachtings- en ontwikkelingspatronen.

Dit leerproces verloopt in verschillende stadia en maakt een enorme ontwikkeling door vanaf de geboorte tot ongeveer 8 jaar. Omwille van omgevingsfactoren en ontwikkelingsstoornissen zal het “leren zien” soms niet verlopen zoals verwacht met allerlei visuele problemen tot gevolg.

De functioneel optometrist onderzoekt zeer uitgebreid de visuele vaardigheden en zal zo storingen van het zien opsporen. Het belang van deze onderzoeken wordt duidelijk als wij weten dat 80% van de door de mens opgedane informatie van visuele oorsprong.

Visuele onderzoeken

Visueel standaard onderzoek

Via de zgn. 21 punten test worden alle mogelijkheden die de ogen bezitten, voor zowel veraf als nabij gemeten. Het dieptezicht wordt getest, evenals de oogbewegingen, de oogsamenwerking en de scherpstelling.

Visueel ontwikkelings- en perceptueel onderzoek

Naast alle tests die het visueel standaard onderzoek omvat, worden nu ook de visuo-motorische functie nagekeken, waaronder de oog-handcoördinatie. Waarnemingsvaardigheden zoals snelheid van waarnemen, visuele discriminatie en geheugen, figuur-achtergrond, visuele sluiting, vormconstantie en visueel ruimtelijke relaties worden eveneens uitgebreid onderzocht.

Visuele screening

Dit verkort onderzoek richt zich vooral naar kleuters. Ook bij hen kunnen reeds visuele problemen voorkomen, zonder aanwijsbare klachten. Dit onderzoek omvat vooral objectieve testing en het preventieve karakter ervan is enorm belangrijk. Juist wegens het belang van deze preventie is het aan te bevelen dat elke 5-jarige kleuter voor hij naar de eerste klas gaat, uitgebreid visueel onderzocht wordt.

Wie gaat best naar de optometrist?

Personen die gebaat zijn bij een onderzoek zijn volwassenen en kinderen:

  • die de bijziendheid willen stabiliseren en eventueel verbeteren.
  • met een wisselende of afnemende gezichtsscherpte.
  • die beroepsmatig het visueel systeem te zeer belasten (o.a. computer- en fijninstrumentenwerk)
  • die hun sportprestaties willen verhogen zowel recreatief als professioneel.
  • met regelmatig terugkerende klachten zoals hoofdpijn, tranende ogen, dubbel zicht,lichtschuwheid en/of oogpijn.
  • die geen diepte zien.
  • met leerproblemen (zoals lees- en schrijfproblemen).
  • met een visueel probleem dat niet medisch is, waarbij een bril of contactlenzen geen of onvoldoende oplossing biedt.
  • die bijziend zijn of neiging daartoe vertonen.
  • met zwakke en/of wisselende concentratie.
  • met amblyopie (lui oog) en strabisme (scheelziendheid).
  • met een wegdraaiend oog bij vermoeidheid.
  • met onhandigheid of zwakke motorische controle.
  • kleuters waarbij een visueel probleem vermoed wordt.

Visuele klachten

Er zijn vele oorzaken van visuele problemen, omgevingsfactoren kunnen hierin een belangrijke rol spelen. Visuele problemen kunnen de oorzaak zijn van schoolresultaten die onder verwachting blijven.

De meest voorkomende problemen/klachten :

  • wazig zicht
  • scherpstellen duurt langer
  • hoofdpijn
  • vaak in de ogen wrijven en/of knipperen
  • één oog dichtknijpen om beter te zien
  • concentratieproblemen
  • traag leestempo
  • lichtschuwheid
  • meerdere keren een tekst moeten herlezen
  • de plaats in de tekst kwijtraken of van regel verspringen